LLO brengt energie- en grondstoffentransitie in regio Utrecht in versnelling
Een consortium van ROC Midden Nederland, Hogeschool Utrecht, Universiteit Utrecht en werkgevers heeft subsidie gekregen van het Nationale Groeifonds LLO-Katalysator voor de aanpak van vraagstukken van bedrijven op het gebied van een leven lang ontwikkelen (LLO) in de regio Utrecht. Er is een bedrag van vier miljoen euro mee gemoeid.
Een van de fundamenten van de economie is een goed opgeleide beroepsbevolking. Grote maatschappelijke vraagstukken - bijvoorbeeld rondom het klimaat - leiden tot transities op de arbeidsmarkt. Toen het vorige kabinet de gelden voor het Nationaal Groeifonds LLO-Katalysator toekende, hebben ROC Midden Nederland, Hogeschool Utrecht en Universiteit Utrecht een consortium gevormd om vraagstukken van werkgevers op het gebied van een leven lang ontwikkelen aan te pakken, zodat deze bedrijven de energie- en grondstoffentransitie goed kunnen vormgeven. Deze intensieve samenwerking tussen zowel mbo, hbo als wo is uniek in Nederland.
“De energie- en grondstoffentransitie raakt veel beroepen. Door samen op te trekken kunnen we flexibiliteit en maatwerk organiseren voor organisaties en professionals. Zo creëren we een breed ecosysteem voor een leven lang ontwikkelen in de regio. ”
Wieger Bakker, Dean LifeLong Learning UU
De kennis- en onderwijsinstellingen werken samen met bedrijven, de Technologieraad Regio Utrecht en ROM Utrecht Regio. Met de subsidie krijgen tenminste tien werkgevers in de regio een oplossing op maat. De eerste drie vraagstukken worden in 2024/2025 aangepakt samen met Bloemendal Bouw, Stedin en Van Dorp, die ook deel uitmaken van het consortium. In deze projecten wordt geëxperimenteerd met vraaggericht werken, innovatie en cocreatie. Vast onderdeel is het versterken van transitievaardigheden. In het zogenaamde transitielab wordt kennis opgebouwd over wat nodig is (vraagarticulatie) voor een leven lang ontwikkelen ten behoeve van de energie- en grondstoffentransitie. Er wordt geëxperimenteerd met oplossingen en onderzoek gedaan naar de effectiviteit en impact daarvan bij de werkgevers.
De opbrengsten worden breed gedeeld. Het transitielab is een open netwerk waar ook andere werkgevers, onderwijsinstellingen en intermediairs uit de regio Utrecht zich bij kunnen aansluiten. De ontwikkelde werkwijze is later ook te gebruiken in andere tekortsectoren, zoals de zorg, ict en het onderwijs.
Transitiemodel met drie onderdelen
Arnold Wilts (Universiteit Utrecht) en Marianne Steenvoorde ( ROC Midden Nederland) werken nu aan de vraagarticulatie bij Van Dorp. Wilts: “De kennisvraag bij bedrijven is het ankerpunt. Bij de aanpak daarvan gebruiken we een transitiemodel met drie onderdelen: we proberen uit, we zien wat blijft en wat we verder willen ontwikkelen.”
