Sociaal ondernemen: samen groeien en leren van succesverhalen

De Leergang Sociaal Ondernemen is er voor kleine en grotere organisaties. De meeste bedrijven, groot of klein, lopen vaak tegen dezelfde problemen en vragen aan en kunnen van elkaar leren om deze drempels te nemen.

Best practises

‘Er zijn namelijk al best practices, er is al eens uitgevonden wat goed werkt en wat niet. Tijdens de opleiding krijgen we daar een overzicht van, zodat ik zelf kan kiezen wat goed bij ons bedrijf past. Bovendien is een check-up van je bedrijf prettig. Want wat voor vier mensen werkt, werkt niet altijd voor een groep van 35 mensen. Door de snelle groei zijn we wat dingen uit het oog verloren, simpelweg omdat we er geen tijd voor hadden.’

‘In de afgelopen drie jaar zijn we van drie mensen gegaan naar elf medewerkers en onze omzet is vervijfvoudigd. Door die groei kwamen we allerlei drempels tegen en bleek dat we geen gereedschappen hadden om deze goed uit de weg te ruimen. Kortom, ik wil van bewust onbekwaam naar bewust bekwaam om de organisatie beter te ondersteunen. In de eerste weken van de opleiding kwam die scaling up methodiek al aan bod. Dat was voor mij direct een schot in de roos.’

Michiel vervolgt: ‘Wij behoren binnen de bedrijven in de opleiding tot de iets grotere organisaties. Op het vlak van ervaring en professionalisering trekken de kleinere organisaties daar misschien meer aan op. Op mijn beurt leer ik weer veel van de diversiteit aan andere organisaties en hoe zij tegen onderwerpen aankijken. Zo vinden we allemaal onze meerwaarde in elkaar.’

Een stabiele basis

Stéphanie: ‘Je weet dat een goede basis belangrijk is. Dat betekent: processen opschrijven, uitwerken en vastleggen. Door de snelle groei was daar nooit echt de tijd voor. Het onderdeel Procesmanagement was dan ook een goede les voor ons. Processen explicieter maken en aan beide kanten testen zodat je structuren aanbrengt in de organisatie: dat geeft de basis die je nodig hebt om goed te blijven functioneren.’

Michiel: ‘More2Win hoeft nu niet groter te worden. Het moet wel een solide fundament hebben, waardoor eventuele groei in de toekomst mogelijk is.’

Organisatie en inrichting

‘Ik hoorde het natuurlijk niet voor het eerst,’ vervolgt Michiel, ‘maar structuur en discipline zijn belangrijke waarden in een organisatie. Dat zie ik ook in de opleiding, en we leren over de methodiek achter die twee waarden. Ik moet eerlijk zeggen dat ik een beetje een afkeer heb van discipline en structuur, maar besef goed dat je er niet onderuit kunt. Leiderschap heeft daar ook mee te maken. Je kunt niet in alles goed zijn. Je hebt sterke en minder sterke punten. Dan is het goed dat je leert delen in de verantwoordelijkheden en taken. Je kunt en hoeft niet alles alleen te doen.’

‘’Wat heb jij nodig?’’ Dat is misschien wel de meest belangrijke vraag die ik heb leren stellen,’ zegt Stéphanie. ‘Hij kwam voorbij in de eerste dagen van de opleiding, en ik stel hem nu bijna iedere dag. Die vraag en het inzicht dat met die vraag kwam heeft gemaakt dat we onze verantwoordelijkheden veel beter hebben uitgeschreven, concreet hebben gemaakt zodat we er makkelijker over kunnen communiceren en iedereen beter weet waar hij aan toe is.’

Langdurige relatie

Verrassend vond Stéphanie de eerste dagen. ‘We begonnen met onderwerpen die vooral raakten aan het persoonlijke vlak. Persoonlijk leiderschap, transactionele analyse, bedrijfsopstellingen. De eerste dagen waren best spannend, met vragen als ‘wat drijft jou en wat stopt jou.’ We gingen de diepte in, tot en met de jeugd. Eerst leerden we elkaar als persoon kennen, wat goed is voor het creëren van een goede groepsdynamiek. Je denkt als onbevooroordeeld mens met elkaar mee in plaats van als bedrijf, wat enorm helpt bij verschillende onderwerpen. Pas weken later leerden we elkaars bedrijf echt kennen.’

‘Ook fijn is dat we allemaal werken vanuit sociaal ondernemerschap, maar binnen verschillende sectoren. Er is nergens sprake van concurrentie. Van andere leergangen hoor ik dat er vaak langdurige relaties ontstaan, niet alleen als vriendschap maar ook als collega-ondernemers, om elkaar raad te geven en te ondersteunen.’

Michiel: ‘Deze opleiding heeft mij tot nu toe al veel gebracht, en ik zie uit naar het leren pitchen. Dat is voor onze organisatie nog redelijk onontgonnen gebied, maar er liggen enorme kansen als onze organisatie wil doorontwikkelen.’ Hij besluit: ‘Bij sociaal ondernemers leeft vaak de angst om financieel en commercieel succesvol te zijn. Maar ‘verdienmodel’ is geen vies woord. Dat wil ik mee geven aan alle sociaal ondernemers. Het helpt juist om meer sociale impact te maken. En dat is precies het doel van een onderneming.’